VogelsVogels hebben zo hun eigen verblijf-, voedsel en broedgebieden en windturbines kunnen daarin een storende factor zijn. Vogels kunnen immers in aanvaring komen met de windturbines, het kost hen meer tijd en energie om uit te wijken voor de windturbines, en vogels kunnen het park sowieso willen mijden. Om de effecten voor vogels te beperken, zijn beschermende bepalingen van kracht. Deze regels zijn onder andere vastgelegd in de Flora- en faunawet en in de Natuurbeschermingswet. Uit een onderzoek dat het Wereld Natuur Fonds liet doen, blijkt overigens dat van alle vogels die door menselijk handelen om het leven komen een beperkt aantal sterft als gevolg van windturbines. Daarbij gaat het om 1 tot 2% van de vogels die als gevolg van verkeersbewegingen omkomen.
| VleermuizenVleermuizen leven vooral in bossen en minder vaak in het open veld. Om vast te stellen hoe het is gesteld met de vleermuispopulatie in een bepaald gebied, heeft het voormalige ministerie van LNV het vleermuisprotocol vastgesteld. Als er vleermuizen voorkomen in een gebied dat is aangemerkt voor de realisatie van een windturbinepark, moet worden gekeken of er mogelijk effecten zijn op de vleermuizen. Daarvoor kan een Natuurbeschermingswetvergunning en/of een Flora en Faunawetontheffing nodig zijn. |
| Zoeken | Neem contact op |